Ramen en deuren uit gebombardeerd Bezuidenhout geruild voor voedsel

25 February 2024, 09:53 uur
Den Haag & Regio
mainImage
Nationaal Archief (H. Jansen/Anefo)

Op 3 maart 1945 bombardeerden de geallieerden Duitse doelen in Den Haag, met de bedoeling V2 installaties te vernietigen. Door een fout in de coördinaten vielen de bommen op de wijk Bezuidenhout.

De vlammen van brandende woningen waren tot in de verre omgeving te zien. De toen negenjarige Gerard Remmerswaal stond op het dak van het huis van zijn opa in Leidschendam, waar de vlammen goed te zien waren. In het boek ‘Schipperskind in Oorlogstijd’ wordt deze gebeurtenis beschreven. Onderstaand exclusief een fragment uit het boek:

‘Wanneer is de oorlog afgelopen?’ vraag ik aan vader. ‘Ik verwacht dat de oorlog niet lang meer zal duren. Sinds september zijn er geruchten dat de geallieerden ons komen bevrijden. Er vliegen steeds vaker vliegtuigen van de Engelsen en Amerikanen over. Het is een kwestie van maanden.’ Vader trekt zijn jas aan. ‘Trekken jullie ook je jas aan? Dan kun je meelopen naar opa.’

Niek en ik trekken snel onze jas en onze klompen aan en volgen vader naar de Leidsekade 27. Daar verdwijnt hij in het kantoortje van opa en wij gaan op het erf spelen. We schooieren bij de schuiten, gooien steentjes in het water en doen tikkertje. Vader is allang vertrokken als iemand roept dat Den Haag wordt gebombardeerd. In de verte zien we zwarte wolken boven de gebouwen langs de Vliet omhoog kringelen. Nieuwsgierig klimmen we samen met een oom op het dak van opa’s huis. Daar hebben we goed uitzicht. De inktzwarte rookwolken en de torenhoge vlammen in de verte zijn indrukwekkend.

Tekst gaat door onder illustratie.

Gehuild

Opa komt ook kijken. ‘Als het maar goed gaat met Tonia,’ zegt hij bezorgd. ‘Zoals je weet woont Tante Tonia bij het Bezuidenhout in Den Haag. Het zou zomaar bij haar in de buurt kunnen zijn. Ga maar gauw naar huis en vertel het tegen je vader. Misschien heeft ze wel hulp nodig.’

We hollen naar huis en stormen de trap op. Vader is niet thuis. Moeder weet niet waar hij is. Ze schikt als we haar vertellen dat Den Haag is gebombardeerd en dat tante Tonia misschien in gevaar is. ‘We moeten afwachten. Den Haag is groot, misschien is het niet bij haar.’

In de middag wordt er aangebeld. Ik hol de trap af en doe open. Tante Tonia staat voor de deur met mijn kleinste nichtje in de kinderwagen. De andere kinderen staan hand in hand naast haar, met zwarte vegen in hun gezicht. Ik kan zien dat ze hebben gehuild. 

Ramen als ruilmateriaal

‘Schipperskind in Oorlogstijd’ is een boek dat je in één teug uitleest. Het boek leest als een jongensboek en vertelt de belevenissen van een jongen die met zijn ouders tochten maakt naar de Wieringermeer en Friesland om voedsel te halen voor de hongerige bevolking van Den Haag. Hiervoor werden onder meer ramen en deuren afkomstig uit het gebombardeerde Bezuidenhout als ruilmateriaal gebruikt. Schipperskind in Oorlogstijd is gebaseerd op waargebeurde verhalen vertelt door Gerard en zijn broertje Nico, die nog steeds in Leidschendam woont. Het boek is verkrijgbaar via de boekhandel en de bibliotheek.